GEZIEN. In Vlaamse Velden 2. Alsof het kijken was naar plaatjes op glansdrukpapier. Duur maar afstandelijk
In Vlaamse Velden |
We hinderden ons toen vooral aan de hele heisa omtrent de reeks: het was de meest prestigieuze serie die de VRT ooit had laten maken, de reeks zou de trekker worden voor de grote herdenking 14-18 en het zou er bulken van het talent. Zowel voor als achter de schermen.
Dat wilden we best geloven, maar we hadden dat liever zelf ontdekt.
Zondagscyclisten
Intussen lijkt het ons duidelijker waarom zo'n barnumpromotie wordt gevoerd voor deze reeks. De kans dat we unisono ontdekken welk onuitgegeven meesterwerk hier wordt neergezet, is na de tweede aflevering in elk geval niet gegroeid.
We krijgen prachtige plaatjes te zien, krachtige beelden, maar we missen een verhaal dat ons meesleept. En ja, ook de zuinigheid waarmee de echte oorlog - de verschuivende frontlinies - wordt verbeeld, werkt op de zenuwen. Alsof het Belgisch leger niet veel meer was dat een stel ongewapende zondagsscyclisten.
Een verhaal wordt niet indrukwekkender door het af te drukken op glanspapier en te illustreren met sterke beeldcomposities. Dat gevoel hadden wij bij het zien van de tweede aflevering. Het verhaal neemt ons nog altijd niet op sleeptouw, er is geen enkel personage dat zich aan ons weet te binden, er is geen enkel karakter dat ons vragen doet stellen, we raken er kortweg niet bij betrokken.
In Vlaamse Velden is een kijkstuk, zoals bepaalde boeken dat zijn die we doorgaans op/onder salontafels vinden.
Doorgewinterd Vlaams auteur
Dat is jammer en dat valt dus zwaar tegen. Zeker als we de inspanningen van al die diensten in overweging nemen, om de reeks aan te moedigen, te ondersteunen en te promoten. Maar misschien liep het daar mis en zijn te veel mensen met het opzet van de reeks bezig geweest. Marc Reynebeau schreef zaterdag in DS daarover een interessante kritiek. En ook Stefaan Werbrouck in FocusKnack toonde zich al bevreesd na de eerste aflevering dat we te veel schooltelevisie kregen geserveerd.
Waarom ze de verhaallijn niet in handen hebben gegeven van een doorgewinterd Vlaams auteur die een eigenzinnig, maar daarom niet minder beklijvend en waarachtig oorlogsverhaal had kunnen schrijven, vragen wij ons af? Was er angst bij de initiatiefnemers om die mogelijke eigenzinnige aanpak? Maar dan hadden we op zijn minst een verhaal waar we een kluif aan hadden.
Ik blijf ook nog steeds op mijn honger zitten, blijven hopen op iets dat je naar de keel grijpt... eilaas!!!!
BeantwoordenVerwijderen