In het hart van de nacht, in de mist van het oude jaar...

In het hart van de nacht Het ijzig zwijgen van de nacht breekt als de telefoon scherp sch e lt. Een stem, helder, gehaast. B lauwe flitsen glijd en geluidloos over de zwarte spiegel van de straat uit beeld Er is licht in het huis dat anders, zo in het hart van de nacht – de op een na laatste nacht van het jaar - zwart in duisternis op l icht wacht. Een straaltje bloed loopt langs het achterhoofd, de rechterarm ligt op de koude vloer gekneld onder zijn zij in de ogen een zachte blik, die fluisterend spreekt - ‘zie mij hier nu liggen’ - z ijn bleke lippen bewegen mompelend “Ik ben uit het bed gegleden…” Met zijn drieën, met zijn tweeën helpen we hem in bed. Buiten, zeg ik, buiten is het ook gevaarlijk glad. Ik zie een glimlach, maar twijfel naderhand aan wat ik zag als ik merk hoe blauw de pijn kleurt op zijn gezwollen voet, op zijn broze arm, op mijn ...