De Finale Koers - een Winkels feuilleton in zakformaat - 23

 23. Staatsgevaarlijk

O!M!G! Linde slaat een hand voor de mond. O!M!G!, zegt ze, heel nadrukkelijk. Nu god nog nauwelijks voor iemand bestaat, wordt hij bij kreten van verbijstering niet meer vervloekt zoals hij vroeger wel eens naar de verdoemenis werd gestuurd. Nee, hij wordt bij de jonge gasten zowaar als een persoonlijke vriend bejegend. Oh My God! Linde had ook ‘Fuck’ kunnen zeggen, maar om een of andere reden vermijdt ze dat vanzelf in het huis van haar grootouders.

OMG! dus. Dat zegt ze nadat ze de vertrouwelijke nota van de Bijzondere Opsporingsbrigade van de Rijkswacht van Roeselare uit de dichtgeplakte omslag las.

En nu?  Linde twijfelt. Haal ik er opa bij? Kent hij de inhoud hiervan? Ze heeft nooit eerder gehoord wat in de nota staat. Niet bij haar grootouders, niet bij het koerscomité, niet bij de twee Winkelnaren die er als staatsgevaarlijke oproerkraaiers worden neergezet.

En dat allemaal voor och god een lokale paardenkoers. Onvoorstelbaar, vindt Linde.

Ze neemt de hele documentatiemap over de koers én de rijkswachtnota mee naar beneden en roept opa. Hij moet hierover meer weten, waarom zou hij anders die nota hier hebben bewaard.                                               

Opa Bob zit in de huiskamer voor zijn pc. Hij leest er zijn krant of probeert er de beurscijfers te analyseren. Het resultaat van zijn analyse bepaalt wel eens zijn humeur voor de rest van de dag. Maar Linde heeft geen tijd om naar de stemming te peilen.

“En, gevonden wat je zocht?” vraagt hij.

“Meer zelfs”, zegt Linde. “Kijk, dat zat er ook bij”, zegt ze terwijl ze de rijkswachtnota op zijn klavier legt.

“Dat zat in een gesloten omslag, toch?” zegt hij terwijl hij haar berispend aankijkt.

“Euh, ja,” zegt Linde. “Maar nu niet meer…”

“Dat merk ik. Moet ik dit grappig vinden?”

“Waarom heeft niemand dit ooit verteld? Waarom hebben wij dat verhaal nooit eerder gehoord?” vraagt Linde.

“Omdat het onzin is”, antwoordt Bob. “Nodeloze verdachtmakingen van een stel al te ijverige agenten.”

“Die het anders wel de moeite vinden om de minister te waarschuwen. En zelfs de Staatsveiligheid…”

“En toch waren het amateurs, die agenten”, zegt Bob.

“Ga eens bij Louis langs, de Schaalmeester. Of bij Gilbert van ’t toneel. Zij weten hier alles over”

“Ja, waarschijnlijk wel, zij worden hier staatsgevaarlijk genoemd.”

“Een begrafenisondernemer én een amateur-toneelspeler, stel je voor, zij: staatsgevaarlijk!”     

Wordt vervolgd. Morgen: De stunt van Louis.

Reacties

Populaire posts van deze blog

GEZIEN. Zwarte Kat, niet zomaar een kopje...koffietafelerfgoed

GELEZEN. Sinterklaas: open brief van Nicodemus naar aanleiding van de Pietenkwestie

GESCHREVEN. Eigenlijk zijn het ouders die hun kinderen een nieuwjaarsbrief moeten schrijven...