VERLEID. Overklassen de 'nieuwe' Simenons die van weleer?

Laten we het maar meteen bekennen. Ja, bekennen. Dat woord hoort hier als we ons in het kabinet van commissaris Maigret bevinden.
We hebben er niet aan kunnen weerstaan. Aan de nieuwe uitgave van de Simenons. We dachten nochtans dat het ons niet zou gebeuren, dat we ons niet alleen zuiniger zouden gedragen, maar vooral dat onze liefde voor wat we verzamelen ons er zou van weerhouden om ons zomaar over te leveren aan de nieuwerwetse commercie.
Niet dus. We hebben vanavond  'Een misdaad in Holland', uitgegeven door De Bezige Bij hier op tafel liggen.  Vandaag gekocht, in de wetenschap dat we het boekje een kleine dertig jaar geleden ook al eens kochten. Voor amper 75 frank toen. Nu betaalden we 15 euro.

Ons eerste bibboek
Laten we het maar meteen toegeven. Of moeten we hier zeggen 'opbiechten'?  We hebben een zwak voor Maigret. Waaraan dat ligt? Aan de boekjes. We kochten ze ooit weloverwogen en met gepast geld. Meer hadden we immers niet op zak. Of toch niet veel meer. We zaten op kot. In dat ellendige provinciestadje Torhout, waar er voor ons in die tijd weinig anders te beleven viel dan 's avonds vlak voor sluitingstijd nog eens in de lokale boekhandel rond te struinen. Veel tijd hadden we daar niet voor nodig: het aanbod was er beperkt. Maar ze hadden er wel de Maigrets en die waren betaalbaar voor een karige studentenbeurs. Tenminste, toch op maandagavond nog. Om onszelf te beschermen, kochten we op maandag meteen ons retourtreinticket, dan hoefden we dat geld al niet meer opzij te leggen. Wat restte kon probleemloos aan boeken worden gespendeerd. En zo begonnen we met weinig middelen en veel honger onze eigen bibliotheek. Met pocketjes. Ze staan nu, in een cd-rek van Ikea, in het gastentoilet. Op het eerste gezicht een weinig eervolle plaats, maar anderzijds biedt het onze gasten  gezelschap waar ze dat geenszins verwachten.

Liever Maigret dan Simenon

Blijft natuurlijk de vraag waarom een prille twintiger zo in de ban raakt van een commissaris die bij wijze van spreken eeuwen geleden door druilerige regen, in miezerige mist, langs aftandse kantoren en in groezelige kroegen wereldvreemde karakters probeert te doorgronden en daar doorgaans, zij het in een log tijdsbestek, ook in slaagt.

Het lag in elk geval niet aan de figuur van de auteur. We vonden toen - en nu eigenlijk nog altijd - Simenon een onaangename man. Intrigerend, dat zeker, maar met onuitstaanbare maniertjes én - ik vermoed dat dàt doorslaggevend was - hij sprak zonder tact en zonder empathie over vrouwen. Hoe succesvol hij naar eigen zeggen ook was bij de dames, wij vonden  indertijd in elk geval dat hij vrouwen vaker in de goot zag dan op een piëdestal.
Een volkomen subjectief oordeel, gebaseerd op schaarse interviews die we indertijd lazen en misschien dus wel helemaal onterecht. Maar des te meer hielden we van de commissaris. De rustige autoriteit die Maigret uitstraalde, zijn no-nonsense, zijn ambetante eigenzinnigheid waarmee hij de hiërarchie op geregelde tijdstippen een neus zette, zijn traagheid... we hadden het voor de commissaris. En dat hij een pijp rookte, namen we er graag bij.  De verwantschap werd erdoor nog aangedikt, beeldden wij ons in.
En toch hield Georges Simenon vol dat hijzelf model stond voor Maigret.
"Toen ik commissaris Maigret schiep, heb ik hem zoveel mogelijk op mezelf laten lijken. Ten eerste gaf ik hem mijn levensmotto: begrijpen en niet veroordelen. Want er zijn geen schuldigen, alleen slachtoffers. Ten tweede schonk ik hem de geneugten van het pijproken - uiteráárd. Ten derde heeft hij geen kinderen, want destijds had ik mijn vier kinderen nog niet. En ten slotte heb ik van hem een fijnproever gemaakt. De recepten van Maigret en zijn vrouw Louise zijn de wereld rondgereisd, mijn beste. Ik weet dat de beste koks uit Japan en Zuid-Amerika enkele druppels sleedoornlikeur uit de Elzas aan hun coq-au-vin toevoegen," publiceerde Humo ooit.

Noch Gabin noch Bruno Crémer

Behalve de boeken waren er de tv-series over Maigret. Ze werden meer dan eens uitgezonden op de VRT, herinneren wij ons. Maar nooit heeft zo'n aflevering ons zo weten te boeien als de boeken zelf.  Dat lag vooral aan de hoofdrolspelers: noch Jean Gabin noch Bruno Crémer zetten, volgens ons, een geloofwaardige commissaris neer. Dat had alleen al te maken met de wijze waarop ze de pijp rookten: totaal gespeeld, zonder genot en met een bijna zichtbare weerzin.

We zweren bij de pockets en misschien wel bij de nieuwe uitgave. De nieuwe vertaling van Anne Van der Straaten is - hoe kan het anders en gelukkig maar  - eigentijdser, vlotter én aangenamer om lezen dan die van K.H. Romijn in 1966. Voor de heruitgave in 1980 bleef de uitgever zo te zien bij  de oorspronkelijke vertaling van Romijn. Ik vermoed dat ze toen al, in 1980, al iets overtijds had.

Om maar te zeggen... het was toch niet verkeerd om de nieuwe vertaling in huis te halen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

GEZIEN. Zwarte Kat, niet zomaar een kopje...koffietafelerfgoed

GELEZEN. Sinterklaas: open brief van Nicodemus naar aanleiding van de Pietenkwestie

GESCHREVEN. Eigenlijk zijn het ouders die hun kinderen een nieuwjaarsbrief moeten schrijven...