De Finale Koers - een Winkels feuilleton in zakformaat - 53

 53. Een stadsgast zonder kousen

We zitten nog altijd in de vergaderzaal in het gemeentehuis van Winkel met, op ruime afstand van mekaar, aan de ene kant twee Nitflex-mensen met hun raadsman – herinnert u zich, de man in het lichtblauwe pak en nu hij op ruime afstand van de burgemeester zit, ziet deze dat de meester-advocaat zijn voeten wel in duurglanzende Van Bommel-instappers steekt – hetgeen wij al vlot een rekbare mocassin noemen – maar niet in kousen, een nieuwe trend zo te zien, waar burgemeester Bert zijn neus op haalt. Mannen die met blote voeten in hun schoenen stappen zijn in zijn ogen halfzachte doetjes met weinig of niets om het lijf. Maar we dwalen af. De Nitflex-mensen komen hun beklag maken over de chaotische omstandigheden waarin ze hun opnames moeten maken. Tenminste, dat dacht de burgemeester en dat vreesde Marcel, de secretaris. Die laatste zag al hoe die kousloze stadsgast een schadeclaim op tafel zou leggen met cijfers en getallen die een secretaris van een gemeente als Winkel maar zelden te zien krijgt.  Maar zover komt het blijkbaar niet.

“Of het nu een ongeval was of een ongelukkige samenloop van niet al te toevallige omstandigheden, laten we in het midden,” begon de mocassinman.

“Sorry dat ik u weer onderbreek, meester, maar gaat u dat spektakel waarvoor die loslopende varkens per ongeluk hebben gezorgd, gebruiken in uw film?”

“In onze tv-serie. Geen film. Maar een serie wordt het. Het zou kunnen, dat beslist Merel samen met de monteurs. We hebben in elk geval prachtige opnames ervan,” ging de raadsman verder.

“Dat zal Pol graag horen. Pol van de korrels, Paul Vanheule,” gooit de burgemeester er tussendoor.

“Ja. Euh. Wie is Pol? En wat heeft hij met ons te maken?” vraagt de raadsman.

“Niets. Behalve dat het Pol zijn varkens waren die u dat spektakel hebben geleverd. Ge zoudt er hem en ons een plezier mee doen door dat te vermelden bij – hoe noemt ge dat, juist – bij de aftiteling. Met bijzondere dank aan Voeders Vanheule en haar keurvarkens. Zo vlak achter de bedankingen die ge zult plaatsen voor ons gemeentebestuur. Ik zeg maar iets. Misschien moeten we dat op papier zetten,” gaat Bert onverstoord verder.

“Zo ver zijn we helaas nog niet,” zegt de raadsman iets snibbiger dan hij zelf wou. “Mag ik u eraan herinneren, burgemeester, dat we hier samenzitten om onze samenwerking te euh… optimaliseren. Er is, en ik druk me bewust heel beleefd uit, veel ruimte daarvoor…”

“Doe wat ge niet laten kunt, we luisteren, zoals altijd.”   

Wordt vervolg. Maandag: een compromitterend compromis.                 

Reacties

Populaire posts van deze blog

GEZIEN. Zwarte Kat, niet zomaar een kopje...koffietafelerfgoed

GELEZEN. Sinterklaas: open brief van Nicodemus naar aanleiding van de Pietenkwestie

GESCHREVEN. Eigenlijk zijn het ouders die hun kinderen een nieuwjaarsbrief moeten schrijven...