De Finale Koers - een Winkels feuilleton in zakformaat - 50

 50. Het zwin door de bjèten

Bert kan zijn eigen ogen niet geloven. Dat is uitzonderlijk. Hij gelooft zelden of nooit wat een ander zegt te zien, maar aan wat hij met zijn eigen kijkers ziet, twijfelt hij nooit, of toch, meestal niet. Behalve nu dus. Hadden ze hem gezegd dat het dinsdagmiddag na de eerste zondag van oktober was geweest, hij had het geloofd.

“Waar hebben ze in godsnaam al dat volk vandaag gehaald? En die paarden? Ge zoudt zweren dat het echt is,” zegt hij, “Al die figuranten. Getver, het is alsof we precies het omgekeerde hebben bereikt van wat we met onze oproep wilden.”

“Onze oproep? Ik dacht dat het een anonieme brief was die de verenigingen in hun bus hadden gekregen”, kijkt secretaris Marcel de burgemeester verrast aan.

“Wacht, zie ik dat goed? Is dat onze schepen van feestelijkheden niet? Met zijn officiële sjerp rond zijn buik? Hoe durft ie?” Bert houdt niet op met fulmineren tegen alles en iedereen. Intussen lopen ze tussen allerlei soorten volk, jonge gasten die met kabels sleuren, anderen met koptelefoons op het hoofd of in hun nek, die alleen maar lijken heen en weer te lopen en jonge vrouwen en mannen in opvallende outfit die in een halve tent anderen zitten te schminken…

“Hoe gaat gij dat hier tegenhouden, burgemeester?” vraagt garde Gerrit hoofdschuddend. En dan begint het. Hij weet niet van waar het komt.  In heel die massa op en langs de straat komt er ineens beweging.      

Gelijk golven op zee, als er ineens een windvlaag opsteekt, eerst zijt ge een kleine rimpeling gewaar en dan begint het zwaar te golven.

“Kijk! Er is daar iets aan het gebeuren, daar, op d’Hoogte…” wijst Bert. Hij ziet mensen ineens bewegen, ze komen naar ‘beneden’, weg van d’Hoogte, een hele meute volk, ze horen ze roepen, de paarden die beneden al stonden te wachten, beginnen nu nerveus te trappelen, de jockeys hebben alle moeite van de wereld om de beesten in toom te houden. Als een van de paarden de voorste benen in de lucht gooit, volgen de andere. Er is geen houden meer aan. Ze slaan op de vlucht, de jockeys sleuren aan de teugels, halen uit met hun zweep, maar het helpt niet.

“Als er maar geen ongelukken van komen,” roept de secretaris. Garde Gerrit zet zijn kepie wat dieper op zijn hoofd. Wie hem kent, leest angst in zijn blik.

“Burgemeester, dat loopt hier verkeerd. Ik ga versterking moeten roepen. Bezie dat hier…”

“Doe wat ge niet laten kunt,” zegt de burgemeester. Hij lijkt de enige die de paniek van zich weet af te houden.

“Ge kent die spreuk toch: het zwin door de bjèten jagen? Dat is hier waar dat ge nu naar aan ’t kijken zijt, Gerrit. Ik peins dat onze Pol is aangezet met een kamion zwijnen, terwijl dat er een van de deuren van de oplegger per ongeluk niet gesloten was. Zie je ze lopen, al die varkens, tussen ’t volk en tussen de paarden? Zotcontent zijn ze….     

Wordt vervolgd. Maandag: Overleg op hoog niveau         

Reacties

Populaire posts van deze blog

GEZIEN. Zwarte Kat, niet zomaar een kopje...koffietafelerfgoed

GELEZEN. Sinterklaas: open brief van Nicodemus naar aanleiding van de Pietenkwestie

GESCHREVEN. Eigenlijk zijn het ouders die hun kinderen een nieuwjaarsbrief moeten schrijven...