ERVAREN. Knipsels ordenen vergaat in eindeloos palaveren in een denkbeeldig café met auteurs, reporters en wereldbeschouwers...
"Van Amsterdam naar Brussel gaan is zoals van Boston naar New York reizen: alles is grootser en intenser. Er is diversiteit in de straten. En de kust is ook geweldig. Als kunsthistoricus reisde ik in eerste instantie naar België om het werk van Pieter Bruegel te bestuderen", zegt Teju Cole aan Jan Desloover van De Standaard der Letteren, halfweg oktober.
Ik las het stuk in de krant en legde het knipsel aan de kant. Om het bij de hand te hebben bij het lezen van Teju Coles nieuwe boek 'Vertrouwde en vreemde dingen.'
WANKELE TORENS
Het is één van de honderden knipsels die ik de voorbije maanden stapelde. Om te archiveren. Op een vrije regendag. De stapels zijn intussen wankele, twijfelende torens waarin het verdolen makkelijker is dan het vinden. Chaos mag dan wel een uitgelezen biotoop voor creativiteit heten en een archivering zonder systeem is een systeem op zich, efficiënt en keurig is het niet. En dus gaan we er met de grote kam doorheen.WE VERMEIEN ONS

De confrontatie met de knipseltorens krijgt ineens iets van een reünie: we zien auteurs, reporters, wereldbeschouwers terug die we eerder al virtueel ontmoetten. We luisteren opnieuw naar hen, we gaan er mee in discussie, we palaveren wat af. We nemen er boeken en andere knipsels bij, we surfen wereldwijd op zoek naar beeldfragmenten van interviews en reportages, we lopen en dolen doorheen de boekenmagazijnen van het wereldwijde net en haken ons vast in alweer een gesprek dat ons zijdelings wordt aangereikt.
JAN FABRE & ARNON GRUNBERG

We kunnen het niet verbergen en ze zou het zeker merken, Guinevere Claeys van De Standaard Weekblad, hoe we haar met jaloerse blikken volgen als ze in Manhattan Arnon Grunberg volgt die voor het eerst in vijftien jaar een bezoek brengt aan Pablo van Dijk, zijn gewezen secretaris en uitgever. We hebben de reportage eind van de zomer gelezen, maar we proeven ze opnieuw en we genieten.
Korte tijd later volgen we een Nederlandse NRC-Handelsblad-journalist richting Warschau, waar Wieslaw Mysliswki - de grootste levende schrijver van Polen fluistert de Nederlander ons in het oor - vertelt hoe een Poolse musicoloog zijn 'Steen op Steen'-boek meenam in zijn doodskist.
Maar zo schieten we dus niet op. De torens blijven wankelen, de discipline die o zo nodig is om tot orde te komen, laat nog altijd niets van zich horen. We vermeien ons en zijn daar zelfs niet eens treurig om. Buiten is het grijs, nat en klam. Voor de rest van de week, hopen we.
Reacties
Een reactie posten