VASTGESTELD. We leven volop in extremen, zelfs een regenbui is al meteen een zondvloed
WATERHOENKUIKENS
We voelden ons veilig onderdak. Op het werk en later in de auto en nog later thuis. Overal bui
ten je om is water. Grachtgaten verslikken zich in de vloed, het asfalt van de straat gaat stromen. Vijvers zwellen, vissen vlieden over het gras en merels wippen als waterhoenk
uikens over de tuinbank.
In de donkerte van de nacht groeit de angst: dat alles vloeibaar wordt, dat de bomen hun houvast verliezen en zich na een mateloze geseling door windstoten schaamteloos overgeven.
LEK
Misschien is het dak wel lekgeslagen, vrezen we en we luisteren angstvallig of er nergens in huis een onheilspellende akelige druppeling hoorbaar is. Het is als met zwarte gedachten: je weet dat je ze beter buiten kan houden, maar je vreest dat ze de lekken in je hoofd weten te vinden en vilein weten binnen te sluipen om er finaal als een kolkende stroom alles wat goed is weg te spoelen.
NUANCES
We leven in extremen, denken we nog en we vrezen dat we zelfs daaraan zullen wennen. We verlangen naar de gezapigheid van een zachte zomerse bui, zoals we overdag verlangen naar nuances die het geschreeuw temperen en de kleuren verzachten.
Reacties
Een reactie posten