GEZIEN. Honderden legioenen helmbossen belegeren onze dorpen...
Zie, daar staan ze, hele scharen,
rank en stram als stokken
met honderden, met duizenden, in rangen
van einder tot einder rij naast rij naast rij,
de wuivende helmbossen hoog
in de wind en de kolven weer vol
Legioenen zijn het, ze kleuren de
velden van de akkerrand vaalgroen
en houden er stommelings dag na
nacht na dag in het gelid
in dichte drommen
de wacht
in dichte drommen
de wacht
De belegerde dorpen keren zich
naar binnen en zwijgen, ze
slijpen voor valavond de messen
waarmee ze in de ochtendnevel van
een vroege oktober regiment
na regiment vellen en ver-
hakselen tot voer voor vee dat
finaal
kansloos
wacht op de slachtvloer
kansloos
wacht op de slachtvloer
in de bloedhallen van de vrije markt.
Reacties
Een reactie posten