GEZIEN. Geen avonden die meer melancholie met zich brengen dan...
... dan die van een nazomerzondag in september.
De gesprekken vallen stil, op het tafellaken hebben ze zich morsig getekend in landkaarten van wijn- en koffievlekken, de bezoekers trekken weg, de uitgesproken beloftes over later lossen in een vaag 'reken maar, we zien wel...' op.
Het licht buiten loopt leeg en voelt klam. We vermoeden een herfst om de hoek, maar kijken de andere kant op. Die van de fuchsia's die in het schamele tegenlicht de tuin tooien met minuscule lampions, waarvan we zeggen dat het Chinese zijn, hoewel we nooit eerder Chinese lampions zagen.
Een merel slaat alarm en vliegt rakelings langs het venster, de groene specht lacht schril en vlucht, de tortels strijken neer op hun slaaptakken en houden zich gedeisd.
Vanwaar die herinneringen die ons nog weemoediger maken dan we op zondagavond al zijn? En van waar komt die weemoed? En wat moeten we ermee?
Is het omdat we bij het graf staan waarin we de voorbije week
begraven? Omdat we straks in de verloskamer uitkijken naar de nieuwe
week waarmee alles anders wordt of net niet?
De gesprekken vallen stil, op het tafellaken hebben ze zich morsig getekend in landkaarten van wijn- en koffievlekken, de bezoekers trekken weg, de uitgesproken beloftes over later lossen in een vaag 'reken maar, we zien wel...' op.
Het licht buiten loopt leeg en voelt klam. We vermoeden een herfst om de hoek, maar kijken de andere kant op. Die van de fuchsia's die in het schamele tegenlicht de tuin tooien met minuscule lampions, waarvan we zeggen dat het Chinese zijn, hoewel we nooit eerder Chinese lampions zagen.
Een merel slaat alarm en vliegt rakelings langs het venster, de groene specht lacht schril en vlucht, de tortels strijken neer op hun slaaptakken en houden zich gedeisd.
HERINNERING IN PUNTZAK
Vanuit het niets duikt een herinnering op. Aan zondagavonden waarop ons moeder ons gezeur om frietjes-van-het-kot voor een keertje op geheel eigen wijze inwilligt. Ze bakt ze zelf, de frietjes en serveert ze ons, mijn zus en mij, in een puntzak... Nooit smaakten ze beter dan op zulke avonden, weten wij nu.Vanwaar die herinneringen die ons nog weemoediger maken dan we op zondagavond al zijn? En van waar komt die weemoed? En wat moeten we ermee?
Reacties
Een reactie posten